Edward is altijd gek op dieren en de natuur geweest. ‘Eigenlijk wilde ik dierenarts worden, maar uiteindelijk trok het boerenleven toch meer.’ In 2015 start hij in Almen een biologisch pluimvee- en akkerbouwbedrijf op. Hij legt er een wijngaard aan en plant zijn eerste walnotenbomen. ‘De bomen groeiden er goed, gaven schaduw aan de kippen die er rondscharrelden en maakten de bodem gezonder.’ Het succes in Almen geeft Edward de motivatie om verder te groeien. In 2018 koopt hij grond bij in Nagele, Dronten en Lelystad. Daar gaat hij verder met zijn Agroforestry plannen. ‘Tussen de gewassen staan rijen walnotenbomen. Die helpen bij het tegengaan van ziektes en zorgen voor een betere grond. Ook dragen ze bij aan meer biodiversiteit. Hier in Flevoland groeien de bomen nog niet zo goed als in Almen, maar dat komt vanzelf. Bomen hebben gewoon tijd nodig.’
Agroforestry is niet altijd makkelijk, zeker niet op de kleigrond van Flevoland. ‘Veel bomen redden het niet. En buizerds, die helpen wel met muizen, maar knakken ook de toppen van jonge bomen om.
Het blijft een kwestie van geduld hebben, onderzoeken en een goede balans vinden,’ legt Edward uit. Toch ziet hij vooral de voordelen. ‘Het maakt me trots als ik zie hoe die kleine twijgjes uitgroeien tot volwaardige bomen. Dat is prachtig om te zien.’
Over de voordelen van Agroforestry kan Edward kort zijn: ‘De bomen slaan koolstof op, verbeteren de biodiversiteit en helpen de grond gezonder te maken.’ Daarnaast zorgt houtproductie voor een stukje toekomstzekerheid en maken de bomen het landschap mooier. ‘Het vlakke polderland krijgt meer vorm en dat maakt het werken hier extra bijzonder. Over vijf jaar zie ik een systeem waarin bomen en gewassen elkaar optimaal versterken. Het is een duurzame manier van boeren die bij deze tijd past.’ Flevoland heeft volgens Edward alles in zich om koploper te worden. ‘Als we onze passie en kennis delen, bouwen we samen aan een toekomst vol bomen en mogelijkheden.’